De Gouden Bloem, herberg omstreeks 1828 op de hoek van Walstraat D 160 en de Peperstraat.
Geschiedenis
1828
|
P.J.C. van Uxem en G.C. Ribbens
Het is niet bekend wanneer Van Uxem in de herberg is begonnen, wel dat hij er in 1828 is vertrokken. Op 28 november dat jaar vindt de overdracht plaats aan Otto Gobius.
"Koopcontract tusschen Pieter van Uxem, houtzager en zijne huisvrouw Geneveva Constantia Ribbens, beide wonende binnen deze stad, ten behoeve van den hoogedelsestrenge heer Otto Willem Gobius, ridder van de orde van den Nederlandsche Leeuw, vice admiraal Directeur en kommandant van de Marine voor het Hooddepartement van de Schelde, wonende binnen deze stad waarvoor deselve is accpeteerende voor en in naam van Zijne Excellentie den Minsiter voor de Marine en Koloniën van zijne majesteit den Koning der Nederlanden, ten dienste van het Rijk voor het gezegd Departement, van een huis en erve zijnde een herberg genaamd De Goude Bloem, staande en gelegen binnen deze stad in de Walstraat op den hoek van de Peperstraat wijk D 160, voor de som van veertienhonderd gulden".
|
Foto's
Verhalen
Bijzonderheden
Pieter Jacobus Cornelis van Uxem (21 maart 1759) is op 8 juli 1814 getrouwd met Genovera Constantia Rubben of Ribbens (17 december 1767).
Zie ook
Externe links
Bronnen