Vlissingen Dronk

Het Badhuis

 

Het Badhuis

Boulevard Evertsen 2
Vlissingen

 

Het Stedelijk Badhuis, in de zomer van 1872 gestart door J. Maters en C. Scheijbeler. Wordt in 1878 uitgebreid met een café-restaurant. Het gebouw staat van 1872 tot 1906 'tussen het duin ten westen der stad en het fort De Nollen'. Dit is de plek waar later het Strandhotel wordt gebouwd.

Geschiedenis

1872
J. Maters en C. Scheijbeler

Volgens een berichtje in de Vlissingse Courant van 5 mei 1872 zullen de heren J. Maters en C. Scheijbeler overgaan tot het stichten van een badhuis. De badkoetsen zullen -zoveel mogelijk- ingericht worden naar Schevenings model.

1872
G. Verpoorten

In die jaren zeventig van de 19e eeuw worden 'aan het Badhuis' al concerten gegeven door muziekgezelschap 'Ons Genoegen', georganiseerd door de badhuishouder G. Verpoorten. Deze Verpoorten is op dit moment ook kastelein van Societeit De Vriendschap in de Lange Noordstraat in Middelburg.

1875
C. Scheijbeler

Cornelis Scheijbeler, voorheen kastelein in De Prinsentuin, begint in 1875 voor zichzelf en opent op de hoek van Korenstraat en Gravestraat het Koffiehuis Tivoli. In 1872 heeft hij samen met J. Maters het Badhuis opgericht, in juni 1875 wordt hij tevens exploitant van het buffet aan Het Badhuis.

1878
Van Doeselaar & Breder en C.F. Maenhout

In 1878 nemen M. van Doeselaar & E.W.J. Breder de exploitatie over. Het Badhuis wordt door het duo uitgebreid met familiekamers, restauratie- en conversatiezalen, stallingen voor paarden en rijtuigen. Begin juni 1878 wordt het nieuwe Badhuis feestelijk ingewijd. In de jaren die volgen organiseren zij muziekuitvoeringen gedurende het zomerseizoen. In een advertentie van 13 april 1879 maken Van Doeselaar & Breder bekend dat Het Badhuis als koffiehuis en restaurant is geopend. Per 1 januari 1883 wordt Het Badhuis verkocht aan de Gemeente Vlissingen, het café en restaurant worden verpacht.

1883
Gemeente Vlissingen

In mei 1883 komt Het Badhuis in handen van de Gemeente Vlissingen. Voor fl. 9115,- wordt het aangekocht van Maenhout en Van Doeselaar & Breder. Daarbij wordt ook fl. 1100,- betaald voor roerend goed, o.a. vier badkoetsen. Per 1 januari 1886 zal de Gemeente het een en ander in gebruik nemen.

1884
J.C. Oosthout

Op 21 mei 1884 vraagt Middelburger J.C. Oosthout vergunning aan voor verkoop van sterke drank in het klein. Hij wordt de nieuwe pachter van Het Badhuis. In 1888 vinden we Oosthout terug in Hotel-Restaurant Villa Marina in Domburg.

1888
G. Boogaart

In 1888 komt een nieuwe exploitant, Gerard Boogaart. Hij vraagt op 14 februari 1888 vergunning voor verkoop van sterke drank in het klein voor perceel M no.14 Badhuis. In 1894 wordt zijn contract weer voor 3 jaar verlengd. Boogaart heeft in deze periode ook een slijterij aan de Loskade in Middelburg. Hij overleed op 10 november 1904.

1897
Meijer Reuser & Co.

In 1897 wordt het Stedelijk Badhuis met alle faciliteiten voor één jaar verhuurd aan de firma Meijer, Reuser & Co. Niet bekend of deze firma ook de exploitatie in handen heeft van het Café-Restaurant.

Foto's

Meer afbeeldingen zijn te vinden op Het Badhuis/foto's

Verhalen

Feestje

Een woensdag in augustus 1878 was een zeer aangename dag voor de 'Protestantsche Weezen'. De heren Doeselaar & Breder, ondernemers der Badinrichting, hadden aan de regenten der beide weesgestichten te dezer stede een uitnodiging gezonden om de aan hun zorgen toevertrouwde wezen op het Badhuis een feestje te bereiden, welke uitnodiging alleen door de regenten van het Protestantsche Weeshuis werd aangenomen. De kinderen kwamen te 5 uren 's avonds ter plaatse aan, waar zij door bovengenoemde heren mild werden onthaald en zich enkele uren van ganser harte konden vermaken.

Brand

Na de afsluiting, aan het eind van het badseizoen 1881, ontstaat brand in Het Badhuis. Op de dag van de brand had familie van beide heren nog tot 4 uur in het gebouw vertoefd. 'Daar de zee laag was kon van haar geen water aangevoerd worden en moest die uit putten en sloten van eene naburige weide achter het duin komen. Toen de brandweer uit de stad was aangerukt, konden met de vereenigde werking van de spuit van Zr. Ms. Wachtschip Hydra die het eerst water gaf, alle krachten tegen dat gedeelte van het gebouw worden aangewend, 't welk in steen is opgetrokken. Dit laatste bleef dan ook gedeeltelijk behouden, ofschoon de vernieling aan dit deel van het gebouw zeer aanzienlijk is. Voor omliggende perceelen was er niet het minste gevaar'.

Bijzonderheden

  • In oktober 1906 is 'Afbraak' van Het Badhuis te koop. Inlichtingen bij W. Corbijn, meester timmerman te Meliskerke

Cornelis Scheijbeler

  • Cornelis Scheijbeler, geboren op 4 mei 1833 (met tweelingzus Pieternella) als zoon van Elisabeth Scheijbeler en een onbekende vader. Trouwt op 29 oktober 1859 met Johanna Boeije, hij is op dat moment stucadoor. Wordt in 1872 kastelein in De Prinsentuin, in 1875 eigenaar van Tivoli. Ook is hij in juni 1875 exploitant van het buffet aan Het Badhuis en is hij mede-eigenaar van Bierbottelarij en Limonadefabriek 'fa. J. de Witte en C. Scheijbeler'. Scheijbeler overlijdt op 24 juni 1883, hij is dan 50 jaar.
  • Johanna Boeije is ten tijde van het overlijden van haar echtgenoot 'bierhandelaar'. In een advertentie meldt ze dat de zaak van BIERBOTTELARIJ en MINERALE WATEREN door haar met hulp van haar derde zoon op dezelfde voet wordt voortgezet. In mei 1887 opent Johanna haar eigen 'Café en Restauratie' in de Badhuisstraat. In 1894 staat ze te boek als 'tapster'. Johanna overlijdt op 61-jarige leeftijd op 31-8-1897.

Charles François Maenhout

  • Charles François Maenhout, geboren in Oostende, is in 1853 'koopman en kleermaker'. Hij heeft in de Kerkstraat een winkel waar hij lakens, duffels, stoffen en broeken verkoopt en 'al wat tot het vak van manskleederen en het vervaardigen van uniformen voor officieren' behoort.
  • Gehuwd op 22 juni 1853 met Therese Aimee Mahutte (overl. 9-2-1916)
  • Overleden op 88-jarige leeftijd op 2 maart 1909

Gerard Boogaart

  • Bericht in de Vlissingse Courant 15-10-1876:
    "wordt voorgelezen eene missive van den controleur der belastingen, waarin deze met inzending van een proces-verbaal van bekeuring, opgemaakt contra G. Boogaart, restaurateur der beide spoorwegstations alhier, wegens ongedekten vervoer van gedistilleerd, het hoogst wenschelijk verklaart, dat de voor de tweede maal op fraude betrapte, zoo zwaar mogelijk worde gestraft. Hierbij te kennen gevende dat de bekeurders recht hebben op de premie à 0,10 de liter, en alzoo fl. 2,10 bedragende -en met bijzonderen lof melding maakt van den vérificateur J. de Haas die, zoo in deze als in de vorige aanhaling tegen Boogaart zich vele moeite heeft gegeven de fraude te constateeren, weshalve hij dien ambtenaar aanbeveelt voor eene buitengewoone beloning. Dientengevolge stellen B & W voor, genoemden ambtenaar eene beloning van fl. 25,- toe te kennen voor buitengewonen dienstijver".
  • Gehuwd met E.P. van der Est
  • Van 1868 tot 1878 uitbater van De Zwaan
  • Wordt in 1878 eigenaar van De Commerce
  • In november 1886 schrijft hij in voor de pacht van beide treinstations
  • December 1886 wordt hij exploitant van het koffiehuis bij Het Badhuis, in 1889 pacht hij ook de bediening van de zeebaden (v/h J. van de Vrie). Ook van 1891 tot 1897 is hij pachter van Het Badhuis.
  • Neemt in april 1887 in Middelburg de slijterij over van P.J. Fiegen
  • In augustus 1898 wordt Boogaart één van de exploitanten van Hotel Du Commerce in Middelburg
  • Overleden 10 november 1904, hij is 68 jaar oud geworden

Van Doeselaar & Breder

  • Eduard Wilhelm Joseph Breder is op 28 maart 1878 getrouwd met Maria Louisa van Doeselaar, vermoedelijk een zuster van zijn zakenpartner
  • Het duo Van Doeselaar & Breder is van 1880 tot 1892 ook eigenaar van Hotel en Grand Café Sint Petrus op de Bierkade

Zie ook

Externe links

Bronnen